Circulair bouwen en slopen: haal het beste uit bouw- en sloopmaterialen

Circulair bouwen en slopen: haal het beste uit bouw- en sloopmaterialen
Circulair bouwen en slopen: haal het beste uit bouw- en sloopmaterialen

Wil je bouw- en sloopmateriaal slimmer inzetten? Ontdek hoe je met selectief slopen, zuiver scheiden en gericht inkopen (CE/KOMO/BENOR, EPD/MKI) per stroom – van gerecycled betongranulaat tot hout, gips en kunststoffen – kosten en CO2 verlaagt zonder in te leveren op kwaliteit. Je krijgt praktische tips voor uitvoering, veiligheid en documentatie, plus de belangrijkste regels in Nederland en België (zoals Tracimat), zodat je projecten vlot en circulair verlopen.

Wat is bouw- en sloopmateriaal

Wat is bouw- en sloopmateriaal

Bouw- en sloopmateriaal is de verzamelnaam voor alle materialen die je inzet bij het bouwen, verbouwen en slopen van gebouwen en infrastructuur. Het gaat zowel om primaire materialen (nieuw gewonnen grondstoffen zoals zand, grind, cement, staal en hout) als om secundaire of herwonnen materialen die vrijkomen bij sloop en renovatie. Denk aan betonpuin dat wordt verwerkt tot granulaat (vermalen steen en beton dat je als toeslagmateriaal in nieuw beton of als fundering onder wegen gebruikt), hergebruikte bakstenen, teruggewonnen staal en aluminium, of hout dat opnieuw wordt verzaagd of tot plaatmateriaal wordt geperst. Het onderscheid met bouw- en sloopafval is dat materiaal een nieuwe, nuttige toepassing krijgt en voldoet aan de eisen voor kwaliteit en veiligheid, terwijl afval geen directe toepassing heeft.

Bij bouw- en sloopmateriaal draait het dus om hergebruik en recycling binnen duidelijke randvoorwaarden: je let op samenstelling, sterkte, verontreinigingen en keurmerken zoals CE-markering (aanduiding dat het product aan Europese eisen voldoet) en vaak KOMO of BENOR als kwaliteitsverklaring. Voor je project betekent dit dat je met bewuste materiaalkeuzes kosten kunt beheersen, CO2 kunt besparen en de circulaire economie stimuleert: grondstoffen blijven langer in de keten, en je haalt waarde uit bestaande gebouwen in plaats van alleen nieuw te winnen.

Primaire versus herwonnen materialen

Primaire materialen komen rechtstreeks uit nieuwe grondstoffen zoals zand, grind, erts en vers hout. Je krijgt doorgaans een constante kwaliteit, ruime beschikbaarheid en voorspelbare prestaties, maar je ecologische voetafdruk en vaak ook je prijs zijn hoger door winning en transport. Herwonnen materialen ontstaan bij sloop en renovatie: denk aan betonpuin dat tot granulaat wordt verwerkt, opnieuw ingezet staal en bakstenen, of teruggewonnen hout. Je bespaart CO2 en houdt grondstoffen langer in de keten, maar je let extra op herkomst, samenstelling, verontreinigingen en geschikte toepassingen.

Keuring en certificering (bijvoorbeeld CE of een kwaliteitsverklaring) maken het verschil tussen afval en volwaardig product. In de praktijk combineer je vaak beide: je gebruikt bijvoorbeeld een percentage gerecycled granulaat in nieuw beton of kiest herwonnen staal waar de maatvoering past. Door dit vroeg te plannen, borg je kwaliteit, prijs en beschikbaarheid.

Verschil met bouw- en sloopafval

Het belangrijkste verschil zit in bestemming en kwaliteit: bouw- en sloopmateriaal is bedoeld voor een nieuwe, nuttige toepassing en voldoet aan specificaties, terwijl bouw- en sloopafval nog geen bruikbare functie heeft of te vervuild is. Materiaal is schoon genoeg, bekend van herkomst en getoetst op eigenschappen; afval is vaak gemengd of onbekend. Door selectief slopen, scheiden aan de bron en bewerken (breken, zeven, wassen) kun je afval opwaarderen tot materiaal.

Daarna geldt productregelgeving en kun je werken met keurmerken en kwaliteitsverklaringen, terwijl afval onder afvalstoffenregelgeving valt met extra vervoers- en opslagregels. In de praktijk let je op verontreinigingen zoals asbest, teer of gips, vraag je traceerbaarheid op en voorkom je vermenging, zodat je reststromen sneller als volwaardig materiaal inzet.

[TIP] Tip: Scheid bouw- en sloopmateriaal direct; maximaliseer hergebruik en minimaliseer kosten.

Belangrijkste materiaalstromen

Belangrijkste materiaalstromen

Onderstaande vergelijking zet de belangrijkste materiaalstromen uit bouw- en sloopmateriaal naast elkaar, met hun herkomst, typische toepassingen en relevante normen/keurmerken in NL en BE.

Materiaalstroom Herkomst en verwerking Typische toepassingen Normen/keurmerken (NL/BE)
Beton en steenachtig (gerecycled granulaat) Gebroken beton en metselwerk; sorteren, breken en zeven tot (beton-/meng)granulaat. Funderings- en aanvulmateriaal, ongebonden/gebonden lagen in wegen; betonproducten en (beperkt, normafhankelijk) toepassing in nieuw beton. CE: EN 13242; NL: KOMO BRL 2506 (recyclinggranulaat); BE: BENOR/COPRO (granulaten).
Metalen (staal, aluminium, koper) Sloop van staalconstructies, gevel- en installatiedelen; omsmelten tot nieuw metaal of direct hergebruik na inspectie/beproeving. Constructiestaal en wapening, dak- en gevelbeplating, leidingen/kabels; hoogwaardig en vaak oneindig recyclebaar. CE: EN 1090 (constructiedelen); materiaalcertificaat 3.1; productnormen o.a. EN 10025 (structureel staal).
Hout, gips en kunststoffen Hout (A/B-hout) uit timmerwerk; gipsplaten; kunststoffen (PVC, PE, PP) uit afbouw en installaties; reiniging en verkleining tot herbruikbare stromen. Hout: plaatmateriaal/spaanplaat of hergebruik balken; gips: nieuwe gipsplaten/kern; kunststoffen: buizen, profielen, folies en isolatie. CE: EN 13986 (houtplaten), EN 520 (gipsplaten), EN 13476 / EN ISO 1452 (kunststof buizen); keurmerken: FSC/PEFC (hout), KOMO/BENOR waar van toepassing.

Kerninzicht: betongranulaat, metalen en hout/gips/kunststoffen bieden grote kansen voor circulair bouwen; kies per stroom onderbouwde toepassingen en vraag om CE-documentatie en relevante KOMO/BENOR-certificaten.

De grootste stromen uit bouw en sloop zijn steenachtig materiaal, metalen, hout, gips en kunststoffen, met daarnaast glas, asfalt en dakbedekking. Steenachtig (beton, baksteen, tegels) verwerk je tot gerecycled granulaat: gebroken en gezeefd materiaal dat je inzet in funderingen, menggranulaat of als toeslag in nieuw beton, mits het schoon en gecertificeerd is. Metalen zoals staal, aluminium en koper gaan in een vrijwel gesloten kringloop; je let op legeringen en coatings voor de juiste opbrengst. Hout deel je in klassen A/B/C (onbehandeld tot verontreinigd) en zet je in voor hergebruik, plaatmateriaal of bio-energie, afhankelijk van de kwaliteit.

Gips kun je tot nieuw gips recyclen als je het gescheiden en droog inzamelt. Kunststoffen en isolatie (PVC, PE, EPS, PUR, PIR) bieden kansen, maar vragen strikte scheiding en controle op brandvertragers en lijmresten. Glas wordt opnieuw gesmolten of als schuimglas toegepast. Asfalt freesmateriaal (RAP) gaat terug in nieuw asfalt, bitumineuze dakbanen worden opnieuw tot bitumen. Door per stroom op herkomst, verontreinigingen en certificering te sturen, vergroot je kwaliteit en inzetbaarheid.

Beton en steenachtig (gerecycled granulaat)

Gerecycled granulaat ontstaat uit gebroken beton, baksteen en tegels. Door selectief slopen en scheiden aan de bron houd je verontreinigingen laag (gips, hout, teer). Vervolgens breek, zeef en eventueel was je het tot fracties 0/4, 4/16, 16/32. Betongranulaat (hoofdzakelijk beton) gebruik je als toeslagmateriaal in nieuw beton of in cementgebonden funderingen; menggranulaat (mix beton/baksteen) zet je in voor ongebonden funderingen, puinbanen en tijdelijke bouwwegen.

Kwaliteit hangt af van waterabsorptie, korrelvorm, zwavel en chloriden; certificering en een attesteringsschema geven je zekerheid over prestaties. Met geoptimaliseerde mengverhoudingen kun je een deel van het natuurlijke grind en zand vervangen en toch aan sterkte- en vorst-eisen voldoen. Zo verlaag je CO2, kosten en transport, terwijl je materiaal lokaal hoogwaardig inzet.

Metalen (staal, aluminium, koper)

Metalen uit bouw en sloop zijn waardevolle stromen met een hoge restwaarde en een bijna gesloten kringloop. Staal komt vrij als wapeningsstaal, profielen en plaat; je scheidt het met magneten, verwijdert betonresten en coatings waar mogelijk en bekijkt of profielen direct hergebruikt kunnen worden na een constructieve inspectie op rechtheid, schade en maatvoering. Aluminium zie je vooral in gevels en kozijnen; sorteer het per legering (bijvoorbeeld 6xxx-profielen) en let op lak, kit en glasresten, want zuiverheid bepaalt de opbrengst en kwaliteit na omsmelten.

Koper vind je in leidingen en kabels; strip isolatie en scheid roodkoper van messing en brons voor een hogere prijs. Praktisch sorteer je ferrometaal en non-ferro apart, voorkom vermenging met RVS of lood en regel schone, droge opslag en duidelijke traceerbaarheid richting verwerker. Zo haal je meer waarde uit je sloopstroom en verlaag je de milieu-impact van je project.

Hout, gips en kunststoffen

vragen elk om gerichte scheiding en bewerking om ze als volwaardig bouw- en sloopmateriaal in te zetten. Hout deel je in A/B/C-kwaliteit: van onbehandeld timmerhout tot geverfd of geïmpregneerd hout met coatings en metalen. Onbehandeld hout kun je hergebruiken als balk of omzetten naar plaatmateriaal; behandeld hout verwerk je selectiever en controleer je op verflagen en impregneerzouten. Gips is prima te recyclen tot nieuw gips als je het schoon, droog en apart inzamelt, dus zonder tegellijm, hout of isolatie, want vocht en vervuiling veroorzaken snelle kwaliteitsverliezen.

Kunststoffen splits je per polymeer zoals PVC, PE, PP en per toepassing zoals EPS, PUR of PIR-isolatie; lijmresten, brandvertragers en glas-inlagen beïnvloeden de verwerkbaarheid. Door vroegtijdig te demonteren, etiketten te bewaren en stromen zuiver te houden, maximaliseer je kwaliteit, opbrengst en CO2-winst.

[TIP] Tip: Zet containers voor beton, hout, metalen en gips apart neer.

Hoe kies je het juiste materiaal voor je project

Hoe kies je het juiste materiaal voor je project

Materiaalkeuze begint bij wat het in jouw project moet presteren en eindigt bij wat aantoonbaar, beschikbaar en betaalbaar is. Met deze stappen maak je snel een onderbouwde keuze tussen primair en herwonnen materiaal.

  • Kwaliteit en keurmerken: bepaal eerst prestatie-eisen (sterkte, brand- en geluidsklasse, vochtbestendigheid, levensduur, onderhoud) en leg die vroeg vast; controleer vervolgens of het product is toegelaten voor de beoogde toepassing met CE-markering en waar relevant een kwaliteitsverklaring zoals KOMO of BENOR, inclusief verwerkingsvoorschriften.
  • Duurzaamheid en hergebruik: vergelijk milieu-impact via EPD of MKI-score en stuur op een hoog gerecycled of hergebruikt aandeel zonder prestatienormen te ondermijnen; vraag bij hergebruikte componenten om testrapporten of certificaten, een visuele/technische keuring, herkomst en traceerbaarheid, restlevensduur en eventuele garanties.
  • Prijs, leveranciers en logistiek: kijk naar totale kosten (materiaal, bewerking, transport, opslag en montage), check beschikbaarheid en of het volume bij je planning past, koop waar mogelijk lokaal om transport te beperken, en kies een leverancier die betrouwbaar levert en traceerbaarheid kan aantonen; stem logistiek en levertijden tijdig af.

Maak op basis hiervan een integrale afweging tussen prestaties, duurzaamheid en kosten. Zo borg je kwaliteit en veiligheid en benut je maximaal de kansen van secundaire materiaalstromen.

Kwaliteit en keurmerken (CE, KOMO, BENOR)

CE is de wettelijke markering die laat zien dat een product voldoet aan Europese regels en geharmoniseerde normen; het is geen kwaliteitskeurmerk, maar wel je toegangsticket tot de markt. Je vraagt altijd de DoP (Declaration of Performance) op om te checken welke prestaties daadwerkelijk zijn verklaard, zoals sterkte, brandklasse of emissies. KOMO (Nederland) en BENOR (België) gaan een stap verder: zij geven je extra zekerheid over constante kwaliteit, toepassingsgebied en fabriekseigen productiecontrole, vaak met externe audits.

Voor herwonnen materialen let je op de kwaliteitsverklaring en het attesteringsniveau, inclusief traceerbaarheid, partij- en batchnummers en actuele testrapporten. Leg de eisen vast in je bestek, controleer leverbonnen en etiketten bij aflevering en toets of de verklaarde prestaties passen bij je toepassing. Zo borg je kwaliteit én compliance zonder verrassingen op de bouwplaats.

Duurzaamheid en hergebruik

Duurzaam bouwen begint met het verlengen van de levensduur van materialen en het vermijden van onnodige nieuwe grondstoffen. Je scoort de grootste winst door eerst te kijken wat je direct kunt hergebruiken: complete elementen zoals deuren, stalen profielen of bakstenen, gevolgd door hoogwaardig recycling tot nieuwe producten. Plan dit vroeg met losmaakbaar ontwerp en demontagevriendelijke details, zodat je later makkelijk kunt vervangen of verplaatsen.

Toets keuzes op CO2 en milieu-impact met een EPD (milieuproductverklaring) en MKI (milieukostenindicator) en kies waar kan voor gerecyclede inhoud of biobased alternatieven zonder prestaties te verliezen. Let op schadelijke stoffen en mengsels die hergebruik blokkeren en regel logistiek en opslag droog en schoon. Met een materialenpaspoort borg je herkomst, kwaliteit en toekomstige waarde.

Prijs, leveranciers en logistiek

De prijs van bouw- en sloopmateriaal wordt niet alleen bepaald door de stuksprijs, maar ook door bewerking, keuring, opslag en transport. Granulaten zijn vaak het voordeligst als je lokaal inkoopt; elke extra kilometer tikt aan. Metalen bewegen mee met de markt, dus timing en zuiver sorteren leveren je meer op. Kies leveranciers met aantoonbare kwaliteit (CE/DoP en waar relevant KOMO of BENOR) en vraag testrapporten en weegbonnen mee voor traceerbaarheid.

Werk met vaste volumes of raamcontracten voor leveringszekerheid en duidelijke kwaliteitsbandbreedten. Logistiek regel je slim: plan volle vrachten, combineer aan- en afvoer (retourlogistiek), zorg voor droge, schone opslag en korte wachttijden op de bouw. Stem levertijden af op je planning en losvoorzieningen, zodat je geen stilstand, beschadiging of vervuiling krijgt en je totale kosten onder controle blijven.

[TIP] Tip: Kies gecertificeerd sloopmateriaal; controleer draagkracht, maatvoering en schadestoffen.

Werken met sloopmateriaal: uitvoering en veiligheid

Werken met sloopmateriaal: uitvoering en veiligheid

Werken met sloopmateriaal vraagt om strakke planning en strikte veiligheidsmaatregelen. Zo houd je materiaalstromen hoogwaardig én de werkplek veilig.

  • Selectief slopen en scheiden aan de bron: start met een V&G-plan en taakrisicoanalyse (TRA), laat een asbestinventarisatie uitvoeren en plan het selectief demonteren. Richt de werkplek in met duidelijke looproutes en verkeersplan; sla materialen gescheiden op een vlakke, draagkrachtige ondergrond op en label ze voor traceerbaarheid. Houd stromen schoon door vooraf verdachte lagen/contramaterialen te identificeren (bijv. teerhoudend asfalt met PAK’s, chroom-6-coatings, asbest, lijmresten in isolatie) en zo nodig eerst te laten analyseren.
  • Veilig werken: beheers stof aan de bron met nat zagen/breken, nevelkanonnen en afzuiging; beperk blootstelling aan o.a. kwartsstof en houd rekening met geluidsniveaus. Gebruik passende PBM (minimaal P3-adembescherming, gehoorbescherming, veiligheidsbril en snijbestendige handschoenen) en zorg voor duidelijke werkplekinstructies/toolboxen. Bij hijsen en verplaatsen: werk met gecertificeerde hijsmiddelen, hijsplan en afzettingen, wijs een aanpikker/signaalman aan en voorkom verblijf in de val- en zwenkzone. Bij twijfel over materiaalveiligheid: stop, analyseer en pas het werkplan aan.
  • Regelgeving en documentatie (NL/BE): leg meldingen en vergunningen vast (NL: sloopmelding/Omgevingsloket; BE/VL: sloopopvolgingsplan en Tracimat-attest volgens VLAREMA) en werk met erkende/certificeerde partijen (bijv. NL: SVMS-007 voor slopen, SC-540 asbestinventarisatie en SC-530 asbestverwijdering). Borg arbeidsveiligheid volgens Arbowet/Arbobesluit (NL) en Codex Welzijn op het Werk (BE). Documenteer transport en herkomst met Eural/LoW-codes, begeleidingsbrieven, weegbonnen en vrijgavestaten, zodat hergebruik en conformiteit aantoonbaar blijven.

Met deze aanpak combineer je maximale materiaalwaarde met minimale risico’s. Zo lever je veilig, efficiënt en aantoonbaar duurzaam sloopwerk op.

Selectief slopen en scheiden aan de bron

Selectief slopen betekent dat je een pand eerst ontmantelt per materiaalstroom voordat je zware machines inzet. Je start met een inventaris van materialen en risicostoffen, waarna je demonteert wat los kan: installaties, kozijnen, deuren, glas en niet-dragende afwerkingen. Door schoon en droog te werken houd je betonpuin vrij van gips en hout, metalen vrij van vuil en kunststoffen per type gescheiden. Je zet duidelijke scheidingszones en gelabelde containers in, registreert partijen met weegbonnen en foto’s en houdt traceerbaarheid bij.

Dit levert hogere opbrengst en betere kwaliteit op bij verwerkers, verkleint afval, beperkt stof en geluid en maakt hergebruik van componenten mogelijk. Met een sorteergrijper, betonschaar en handpicking haal je storende delen weg en voldoe je sneller aan acceptatie-eisen.

Veilig werken: stof, geluid en risicostoffen

Veilig werken begint met herkennen wat je tegenkomt: kwartsstof uit beton en steen, asbest in oudere toepassingen, chroom-6 in coatings, PAK’s in teerhoudend asfalt en lood in verf of leidingen. Je pakt risico’s aan bij de bron met nat zagen of breken, gerichte afzuiging en afscherming; droog vegen vervang je door H-klasse stofzuigen. Voor geluid kies je stillere methodes, dempers en goed onderhoud, plan je piekactiviteiten en roteer je teams om blootstelling te beperken.

Draag passende PBM’s zoals P3-adembescherming, gehoorbescherming, bril en snijbestendige handschoenen, en zet bij verontreinigingen een wegwerpoverall in. Je laat waar nodig meten, toetst aan grenswaarden, en houdt logboeken, SDS-informatie en een asbestinventarisatie bij. Verpak risicohoudend afval correct, label en traceer het, instrueer je team met toolboxen en zorg voor een helder noodplan en gecontroleerde toegang tot het werkgebied.

Regelgeving en documentatie in Nederland en België

In Nederland werk je onder de Omgevingswet: je doet een sloopmelding via het Omgevingsloket zodra je meer dan circa 10 m³ sloopafval verwacht of asbest gaat verwijderen, en je laat vooraf een asbestinventarisatie uitvoeren. Je borgt veiligheid met een V&G-plan en legt per stroom een afvalstroomnummer vast. Voor transport houd je een begeleidingsbrief bij, registreer je weegbonnen en gebruik je Eural-codes. Zet bij inzet van gerecyclede materialen de CE/DoP klaar en, waar van toepassing, een KOMO-verklaring (bijvoorbeeld voor granulaat).

In België is het gewestelijk: in Vlaanderen volg je VLAREMA, stel je een sloopopvolgingsplan op en gebruik je Tracimat voor LMRP/HMRP-classificatie; in Brussel en Wallonië gelden vergelijkbare SOP-eisen via de gewestdiensten. Bewaar alle meldingen, attesten, test- en traceerdocumenten in je projectdossier.

Veelgestelde vragen over bouw sloop materiaal

Wat is het belangrijkste om te weten over bouw sloop materiaal?

Bouw- en sloopmateriaal omvat zowel primaire als herwonnen grondstoffen uit projecten. Het verschilt van bouw- en sloopafval: materiaal is bedoeld voor (her)gebruik. Belangrijkste stromen zijn beton/steen (granulaat), metalen, hout, gips en kunststoffen.

Hoe begin je het beste met bouw sloop materiaal?

Start met een materialeninventaris en selectief slopen om stromen aan de bron te scheiden. Kies materialen met CE, KOMO of BENOR, verifieer kwaliteit, herkomst en milieuprofiel. Regel leveranciers, logistiek, VGM-plan en benodigde NL/BE documentatie.

Wat zijn veelgemaakte fouten bij bouw sloop materiaal?

Veelgemaakte fouten: sloopafval verwarren met herbruikbaar materiaal; ontbrekende certificaten of milieuverklaringen; negeren van stof, geluid en risicostoffen (asbest, chroom-6); onderschatte logistieke kosten en levertijden; gebrek aan traceerbaarheid; niet voldoen aan Nederlandse/Belgische regelgeving.

admin

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *